Homilie voor de 20ste zondag door het jaar A 20 augustus 2023
Mijn dochter is van een duivel bezeten en wordt verschrikkelijk gekweld.
Bezeten zijn is jezelf niet kunnen zijn.
Je bent immers in bezit genomen door een ander.
Je bewustzijn is beheerst door de gedachten en het denken van een ander. Je gezindheid is beheerst door de wil van een ander.
Je doet dingen die je ten diepste verafschuwt
en waarvoor je later spijt van heb, met een pijnlijk geweten naar terugkijkt. Beseffen dat je niet echt jezelf bent maar voortdurend een rol moet spelen is een heel frustrerend en pijnlijk besef,
een pijn waaraan mensen proberen te ontsnappen door zich steeds meer in het onechte te verliezen.
Misschien leven we in tijden van collectieve bezetenheid. We kunnen Poetin en Trump als bezetenen wegzetten.
Maar wat de denken van de bijna vergeten straatrellen in Frankrijk eind juni.
Wat te denken van de consumeerwoede
en van een cultuur waarin de zucht naar originaliteit het diepe verlangen naar authenticiteit bezet houdt.
Bezeten zijn betekent voor ons in ieder geval niet in eenheid leven met het goddelijke denken en een goddelijke gezindheid.
Het is niet beheerst worden door liefde, maar door angst en egoïsme, door de behoefte aan bevrediging, beveiliging en bevestiging.
Men kan zichzelf niet van bezetenheid genezen.
In de evangelies lezen we echter vaak dat het geloof geneest
en ook, dat ongeloof of gebrek aan geloof geen wonderen toelaat.
Omwille van dat ongeloof of gebrek aan geloof is Jezus soms droevig of geërgerd. Maar bij de voor de vrome gelovigen ongelovige vrouw is er geen gebrek aan geloof. Er is bij Jezus ook geen droefheid of ergernis.
Die ergernis is er wel bij de leerlingen
die zich ergeren aan de aanhoudendheid van de vrouw, die eigenlijk een uiting van geloof is,
een aanhoudendheid die Jezus tot het uiterste drijft
opdat het geloof van de vrouw des te beter tot uiting zou komen.
Ik denk dat Jezus door de vrouw op de proef te stellen zijn leerlingen een les wil leren.
Wellicht had de vrouw dat niet door
en ik veronderstel, dat indien wel, ze het Jezus niet kwalijk zou genomen hebben. Uiteraard lijkt dat voor onze gevoeligheid niet fair.
Maar we kunnen Jezus hier horen denken wat Hij zei tot de heidense honderdman:
In Israël heb ik geen zo’n groot geloof gevonden.
Waaraan is dat geloof te zien?
Aan het vertrouwen dat de vrouw ‘onstopbaar’ maakt zoals ook aan de blinde Bartimeüs
door de leerlingen het zwijgen niet kan opgelegd worden.
Geen vertrouwen in zichzelf, maar in Jezus die ze belijdt als Messias en Redder.
Deze belijdenis van een heidense Kananese staat in scherp contrast met het ongeloof van de religieuze leiders van Israël
en met het gebrekkig geloof van de leerlingen.
De gelovige houding van de vrouw gaat bovendien samen met haar liefde voor haar kind. Ze zet door, niet voor haarzelf.
Haar gelovige houding is ook vervat in nederigheid die niets met onderdanigheid te maken heeft.
Die nederigheid zorgt ervoor dat ze niet geërgerd door Jezus’ harde opstelling afhaakt. Ze aanvaardt de beproevende kwetsende opmerkingen.
Wij zouden misschien het al lang en zeer gefrustreerd opgegeven hebben. Liefde is altijd ondanks. Geloof ook.
Maar dat kan de tijdgeest helaas niet meer begrijpen en vatten.
https://www.youtube.com/watch?v=YeFzeNAHEhU&ab_channel=CNN
Geen lied of muziek dit keer. Het blijven beklijvende beelden. Niet te vergeten. Helaas heeft hier bezetenheid niet definitief geweken….