Tekst en Onderricht febrauri 2022


“WIE MIJN VOLGELING WIL ZIJN”
Een verkenning van het Marcusevangelie


Doopsel in Kiev, februari 2022

Gebed:

Geef ons Uw Woord, Heer,
en maak ons voor Uw Woord open en aandachtig.
Uw Woord waarin Gij U openbaart en wij ons ware wezen herkennen.
Uw Woord dat ons verruimt en verrijkt, ons inspireert tot het hoogste,
het meest menselijke, het goddelijke.
Uw Woord dat ons leidt
om scheppend en verrijkend in het leven te staan, liefdevol, vredevol en vreugdevol.
Uw Woord dat ons oproept om Uw Zoon te volgen
en deel te nemen aan het Koninkrijk. Geef dat wij er nooit verstoken van zijn. Amen.


Bijbellezing uit het Marcusevangelie:

4, 35 Op diezelfde dag tegen het vallen van de avond sprak Jezus tot hen:
“Laten we oversteken.”
36 Zij stuurden het volk weg en namen Hem mee zoals Hij daar in de boot zat. Andere boten begeleidden Hem.
37 Er stak een hevige storm op en de golven sloegen over de boot, zodat hij al vol liep.



38 Intussen lag Hij aan de achtersteven op het kussen te slapen. Ze maakten Hem wakker en zeiden Hem:
“Meester, raakt het U niet dat wij vergaan?”
39 Hij stond op, richtte zich met een dwingend woord tot de wind
en sprak tot het water: “Zwijg, stil!”
De wind ging liggen en het werd volmaakt stil.
40 Hij sprak tot hen: “Waarom zijt ge zo bang? Hoe is het mogelijk dat ge nog geen geloof bezit?”
41 Zij werden door een grote vrees bevangen en vroegen elkaar:
“Wie is Hij toch, dat zelfs wind en water Hem gehoorzamen?”

Onderricht

Nog even verwijzen naar het opzet van het Mc-evangelie:
voor geloofsleerlingen duidelijk maken wie Jezus van Nazaret is en wat het betekent christen te zijn.
Anders geformuleerd: wie is die Christus en wat is geloven in die Christus.
De vraag naar de identiteit van Jezus
wordt op het einde van dit wonderverhaal gesteld:
“Wie is Hij toch, dat zelfs wind en water Hem gehoorzamen?” En wat het geloven betreft: dat ontbreekt nog bij de leerlingen. Wie is Jezus? Wie is de Christus?
Het is de mens in wie Gods scheppende kracht aanwezig is, een scheppingskracht die redt van het monster van de chaos dat alle leven dreigt te verzwelgen.
Meteen mogen we hierbij aansluitend stellen
dat het niet alleen gaat over de demonen die buiten ons te keer gaan, maar ook over de demonen van de oerangsten
die ons binnenin in chaos storten en er alle leven onmogelijk maken. Jezus is dus diegene die te vertrouwen is,
die we zonder vrees kunnen en mogen navolgen.
Leven zonder angst en vrees is het kenmerk van de leerling. Ook in moeilijke omstandigheden.
En die zijn er in het verhaal ten overvloede!
Alle mythologische gedaanten
van de angstaanjagende vernietigende krachten zijn present:
het duister van de nacht, de gapende diepte van het verslindende water, de vernietigende stormwind en het onbekende heidense land.
In dit gezelschap verschijnt ons leven als broos en kwetsbaar en is de mens weerloos en onmachtig, overgeleverd aan…
En daarbij komt nog het gevoel van verlatenheid:
God is stil, zwijgt, schijn te slapen.
Maar de constatatie van afwezigheid
is een perceptie van iemand die vreest voor zijn leven
en verlangt naar duidelijke uiterlijke tekenen van aanwezigheid, zichtbaar, tastbaar.
Het is zoals bij een kind dat niet tevreden
is met alleen aanwezigheid van een wakende ouder. Die moet ook nog het handje vasthouden.
De afwezige slapende God is eigenlijk
de God waarvan we ons niets bewust zijn
omdat we ervaarbare tekens van aanwezigheid willen zien die tegemoet komen aan onze menselijke noden.
Maar alhoewel Jezus deze tekenen hier duidelijk zal stellen en aan de noden van de leerlingen tegemoet zal komen,
zal dit toch niet leiden tot het geloof dat van de leerling verwacht wordt.

Nochtans geeft Jezus zelf blijk van immens geloof en vertrouwen in God.
Het beeld van de slapende Jezus midden in de storm
is het beeld van een mens die zich geborgen weet in God.
Dit weten is niet alleen de essentie van elke gebed maar ook de basisvoorwaarde voor een gelovig leven.
Dit weten verdrijft angst en opent ruimte voor goddelijke kracht. De slapende Jezus is dezelfde die de storm het zwijgen oplegt
Je geborgen weten is vertrouwen in wie een ander voor je is en in wat een ander voor je doet en ook in je doet!
Je hoeft niet meer angstig bekommerd om jezelf te zijn
en je hoeft ook niet angstig alles zelf te willen controleren, machtig in handen te houden.
Paniek ontstaat bij velen precies wanneer men dat niet meer kan, wanneer de zaken niet volgens onze orde, volgens ons plan verlopen. Dat lijkt alles chaos om ons heen.
Te veel op orde gesteld zijn kan een teken zijn van een angstig en onzeker innerlijk. Te veel alles onder controle, onder de eigen controle willen houden eveneens.
Vertrouwen is uit handen leren geven. Kracht van elders toelaten.
Nu kunnen we Paulus begrijpen die schrijft aan de Korintiërs:
2 Kor 12, 9 Dus zal ik het liefst van alles roemen op mijn zwakheden. Dan zal de kracht van Christus in mij wonen.
10 Daarom lijd ik om Christus’ wil gaarne zwakheid, smaad, nood, vervolging en
benauwdheid. Want als ik zwak ben, dan ben ik sterk.
We mogen leren leven met onmacht en met het onverwachte ook. Geloven is het angstige ik leren loslaten.
Opnieuw maken de leerlingen geen goede beurt.
Ze worden eens te meer aan de doopleerlingen gepresenteerd als niet na te volgen voorbeelden.
Het na te volgen voorbeeld is de slapende Jezus,
die uiteindelijk wel een antwoord weet te geven aan menselijke noden. Hij staat op vanuit een oervertrouwen.
Tot dat opstaan worden we allen geroepen.

Muziek om bij te verstillen:

https://www.youtube.com/watch?v=Y4E2WCXEYDQ&ab_channel=Magile2 BIDDEND VERWIJLEN
Drempelgebed ZJ 25d

Lied: ZJ 703 Wij die met eigen ogen

Psalm 23:

Antifoon: De Heer is mijn herder
mij zal niets ontbreken.

(We gaan zitten na het antifoon)

De Heer is mijn herder mij zal niets ontbreken.

Hij wijst mij te liggen in grazige weiden, Hij voert mij naar wateren der rust.

Hij behoedt mijn ziel voor verdwalen, Hij leidt mij in sporen van waarheid* getrouw aan zijn naam.

Moest ik gaan door het dal van de schaduw des doods, kwaad zou ik niet vrezen.

Want naast mij gaat Gij,
uw stok en uw staf|zij doen mij getroost zijn.

Een tafel richt Gij mij aan
in het aangezicht van mijn belagers

en zalft met olie mijn hoofd. Mijn beker vloeit over.

Zo zijn dan geluk en genade om mijn schreden al de dagen mijns levens.

Verblijven mag ik in het huis van de Heer tot in lengte van dagen.

(We staan op.)

Eer zij de heerlijkheid Gods: Vader, Zoon en heilige Geest.

Zo was het in den beginne
zo zij het thans en voor immer;*
tot in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Antifoon: De Heer is mijn herder mij zal niets ontbreken.

Lezing uit Geert VAN OYEN, De Marcus Code:

Bij natuurwonderen gaat het om de diepere vragen aangaande de identiteit van Jezus.
Van deze verhalen wordt over het algemeen aangenomen dat ze ontstaan zijn na Jezus’ dood.
Ze zijn uitdrukking van de discussies
die in de eerste groepen van Jezus’ volgelingen aan de orde waren. Ze ook het verhaal van de stilling van de storm.
De leerlingen zijn angstig omdat de zee onrustig is. Het verbaast hen dat Jezus slaapt.
Wanneer hij wordt gewekt, beveelt hij de storm te gaan liggen.
Hij gebruikt dezelfde woorden als wanneer hij de demonen het zwijgen oplegt:
“Zwijg! Wees stil!”
De probleemsituatie is meteen opgelost.
Met het merkwaardige is dat daarmee de spanning niet helemaal verdwenen is. Er komt een anticlimax.
Men zou verwachten dat de leerlingen hun meester feliciteren of dat ze hem loven. Maar in plaats daarvan wordt er twijfel en onzekerheid uitgedrukt.
Jezus verwijt hen dat ze zich zorgen maakten.
En zij van hun kant worden door schrik bevangen en vragen zich af:
“Wie is deze man?”
De lezer bedenkt bij zichzelf:

als er een groep mensen in het evangelie Jezus moeten herkennen, dan zijn het de leerlingen.
Maar zo verloopt het niet in Marcus.
Het is merkwaardig: de leerlingen hebben een hele weg met Jezus afgelegd, ze zijn hem gevolgd, hij heeft het voor hen opgenomen,
ze kregen bijzonder onderricht, ze maken deel uit van zijn nieuwe familie. Maar blijkbaar is er iets omtrent Jezus dat ze niet begrijpen.
Jezus blijft een vreemde voor hen.

Stilte

Onze Vader

Afsluitend gebed:

God, die al ons doen en denken te boven gaat, wijsheid was het dat U nabij was
toen Gij het licht riep
en toen de mens geschapen werd.
Wijs ons wegen om te gaan
waar uw liefde ons tot onderdak is. Leidt ons naar de mens Jezus,
die uw gelaat aan ons onthult. Laat ons putten uit Uw wijsheid,
troost ons met stralen van wijsheid uit Uw hemel. Dat wij het goede doen op deze aarde,
dat wij mensen goed doen. Amen. En verder dit werkjaar:
12 april 2022:
JEZUS, GOD EN HET LIJDEN
“Samen met Hem kruisigden ze ook twee rovers.” (Mc 15,27)
“Maar het is een vaak voorkomend misverstand dat in het christendom het probleem van het lijden of het kwaad is ‘opgelost’. Een oplossing of een afdoend antwoord voor het lijden of het kwaad bestaat niet.”

10 mei 2022:
EEN DEFINITIEF EINDE DAT EEN NIEUW BEGIN IS
“Hij is verrezen, Hij is niet hier.” (Mc 16,6)
“Geloven of niet geloven, Wat betekent dat na het lezen van Mc voor hedendaagse lezers? Het lijkt me dat voor Marcus het belangrijkste is dat zijn verhaal over Jezus wordt doorverteld opdat mensen gaan leven zoals Jezus.”

14 juni 2022:
VOORWAARDEN OM ECHT TE LEVEN
“Hoe moeilijk is het om het Koninkrijk Gods binnen te gaan.” (Mc 10,23)
“Zolang men vasthoudt aan wat in de wereld normatief is om macht en rijkdom te
hebben, kan men het Rijk niet binnengaan. Zijn leerlingen zijn niet wild enthousiast…”