Laurence Freeman
23 september 2014: Laurence Freeman
Laurence Freeman, geboren in Londen in 1951, liep school bij de benedictijnen en behaalde in Oxford een Masters Degree Engelse literatuur. Na enkele jaren professionele ervaring bij de Verenigde Naties, in de commerciële bankwereld en als journalist, trad hij in bij de Benedictijnen. Zijn spirituele leider was John Main, die hij reeds vele jaren kende. In 1975 assisteerde hij hem bij het oprichten van het eerste Christelijke meditatiecentrum in Londen. Samen vertrokken zij naar Canada om er in 1977 een Benedictijnengemeenschap te stichten met als doel de meditatie te onderrichten en te beoefenen. Van daaruit is de gemeenschap wereldwijd gaan groeien. Na de dood van John Main in 1982 volgde Laurence Freeman hem op. Sindsdien reist hij de wereld rond om het werk van John Main voort te zetten. In 1991 werd formeel de Wereldgemeenschap voor Christelijke Meditatie (WCCM.) opgericht en Laurence Freeman werd er de spirituele leider van. Laurence Freeman is Benedictijner monnik van de abdij van Christ the King, Cockfoster, Londen. Vanuit het Internationaal Centrum van de WCCM. in Londen staat hij ten dienste van het wereldwijd netwerk van meditatiegroepen in Noord- en Zuid-Amerika, Europa, Australië, Afrika en Azië. Hij is ook actief betrokken in de contemplatieve ontmoetingen met andere religies. Hij is evenals John Main auteur van verschillende boeken en veel audio- en videomateriaal.
(Bron: www.wccm.nl/wccm/laurence-freeman)
Geloof is meer dan een uitspraak,
meer zelfs dan het riskante ‘ik hou van jou’.
Het is een daad van de hele mens, of meer realistisch:
van een gefragmenteerde persoon die naar heelheid toe aan het groeien is.
Jezus zei: ‘Je geloof heeft je genezen, ga in vrede.’
Wat was dat geloof van die blinde bedelaar?
Eigenlijk had hij alleen maar gezegd wat hij wou dat Jezus voor hem zou doen.
Maar zijn woorden kwamen recht uit het hart
en drukten zijn gehele zelf, zijn diepste verlangen uit.
Geloofsdaden zijn echter nooit zo maar unieke gebeurtenissen.
In het geval van de bedelaar gaat het om het begin van een nieuw leven.
Wij stellen onze geloofsdaden stap voor stap: het ene laagje komt bovenop het andere.
Het gaat beetje bij beetje, door dag na dag
onze onvermijdelijke momenten van ontrouw weer ongedaan te maken
door vergeving, humor, genade en uiteraard hernieuwd engagement.
Voor alles wat enigszins betekenisvol is, moeten we dagelijks daden van geloof stellen.
Goede voornemens (…) volstaan niet.
Ons leven zelf bewerkt in ons deze daden van geloof,
doordat we ons voor de andere duurzaam engageren in huwelijk of vriendschap,
door onze trouw aan de levensweg die we gekozen hebben
of door onze inzet voor werk, gemeenschap, godsdienst of spirituele richting.
Dat zijn handelingen waarin we onszelf geven
en die zijn op zichzelf heilig en eerzaam en mooi.
Wie zich ervoor openstelt, herkent ze meteen,
ook wanneer ze plaatsvinden binnen andere gelijklopende geloofssystemen
die tegelijk ook geheel van het onze verschillen.
Wie zulke daden van zelfgave stelt, wordt héél.
Wij worden dan onszelf en ontdekken
welk nieuw potentieel en welke nieuwe aspecten in onze identiteit verscholen liggen.
Iedere daad van geloof waarin wij onszelf investeren,
maakt ons meer heel, meer echt, zelfbewuster en ook levendiger.
Met iedere daad van geloof
doen we wat Jezus bedoelde met ‘zichzelf achterlaten’
omdat jezelf weggeven intrinsiek een vorm is van jezelf overstijgen.
Afstand doen van geld, roem, macht of genot
is nog relatief gemakkelijk vergeleken met afstand doen van jezelf.
Daarvoor hebben we iemand anders nodig, iets of iemand buiten onszelf.
Op die manier luisteren we gehoorzaam naar de roepstem van een leraar
die ons tot zijn leerlingen maakt.
Laurence FREEMAN, Ontwaken en zien. De ervaring van het geloof, Halewijn nv 2013