Test en Onderricht 26 januari 2020
STILTE: TIJD EN PLAATS VAN ONTMOETING
Stilte als sleutel tot het ervaren van goddelijke aanwezigheid.
De STILTE spreekt van God
Wie ingetogen wil bidden,
moet niet alleen letten op de plaats
maar ook op de tijd.
De tijd dat men geen taken te doen heeft,
is daarvoor het gunstigst en het meest geschikt.
Vooral wanneer de nachtrust
alles in diepe stilte dompelt,
welt het gebed ongedwongen en zuiver op.
Hoe vertrouw vol stijgt het gebed omhoog uit de nacht,
met God alleen als getuige en
met uw heilige engel die het overneemt
om het neer te leggen op het hemelaltaar.
Hoe welgevallig en schitterend ziet het er uit,
overtogen met de blos van bescheidenheid.
Hoe kalm en vredig,
door geen roepen of rumoer gestoord.
In één woord: hoe zuiver en oprecht is het,
niet bedekt met het stof van aardse beslommeringen,
niet blootgesteld aan enige lof of vleierij van toeschouwers. (SCt 86,3)
Hoe vaak wist je niet
door je kalme en krachtige woorden
mij voor ijdel gepraat te behoeden en
me weer tot vriend van de stilte te maken? (SCt 26,6)
“O, wat is dat echt een rustige plek hier!
Zij beangstigt niet maar bekoort.
Ze vermoeit niet maar brengt tot rust.
Hier is het echt rustig.
De stille God brengt alles tot stilte.
Hem in zijn rust beschouwen, dat is al rusten.” (SCt 23,16)
God zoeken veronderstelt
altijd verinnerlijking en inkeer.
Daarvoor is een tweede bekering nodig is.
Zonder die bekering zal het Woord niet tot ons komen en
niet in ons mens worden.
Die tweede bekering kan niet ons deel worden
als we niet aan stilte en inkeer
een grote plaats geven in ons leven.
Stilte en inkeer en afstand
van het al te concrete bezig-zijn
zijn de noodzakelijke voorwaarden
om het Woord op bezoek te krijgen,
anders blijft het voor de deur van ons hart staan wachten
tot het vanbinnen stil is geworden.
Bernardus van Clairvaux