Tekst en Onderricht 25 mei
STILTE: TIJD EN PLAATS VAN ONTMOETING
Stilte als sleutel tot het ervaren van goddelijke aanwezigheid.
25 mei 2021
JOHAN VERSTRAETEN
Over stilte kun je moeilijk spreken of schrijven,
want stilte is een ervaring die aan het woord voorafgaat, of na het woord komt.
Het is binnentreden in de ruimte waarin het woord geboren of herboren wordt.
In de stilte moet je zekerheden loslaten,
afstand nemen van elke poging om het leven te be-grijpen of naar je toe te halen.
Zelfs als je gelovig bent en bidt, moet je in de stilte uiteindelijk alle woorden achter je laten
waarmee je greep wilt krijgen op het mysterie van het leven.
Wie de tuin van de stilte betreedt, is iemand die door een nauwe poort moet,
een poort die dwingt alle tekenen van macht af te leggen, de maskers te laten vallen
waarmee je op het podium van het professionele leven de schijn hooghoudt.
De fictie ‘alles onder controle te hebben’ verzinkt in het niets
en je houdt op verhalen over jezelf te vertellen die niet echt zijn.
Vluchten kan niet meer, want je ontmoet jezelf zoals je bent.
In de stilte kun je niet langer vastklampen aan schijnzekerheden. Je moet loslaten.
Alleen dan kun je ontvankelijk worden voor wat zich aandient
en voor wat niet in het verlengde ligt van de eigen almacht wensen.
In de stilte houd je op dingen te doen of te plannen.
Je kunt er gewoonweg “zijn” en dat is ook een dankbaar “zijn” voor het leven als gegeven.
In de stilte word je ontvankelijk voor wat het onmiddellijk waarneembare overstijgt.
Stilte kan zalig zijn, rust, een plaats waar je je tent wilt opslaan of zelfs wilt blijven wonen.
Maar het is ook een bron van gezonde onrust,
Want je wordt steeds opnieuw teruggeworpen in de werkelijkheid van elke dag,
‘geroepen’ om uit je comfortzone te treden
en uitgedaagd om het risico te nemen om nieuwe dingen te doen.
Stilte is als een woestijn die de mens doet verlangen naar levend water.
Een woestijn waarin hij het brandend braambos ontdekt
dat hem dwingt met zijn voeten op de Grond te staan,
om geworteld te kunnen zijn in de werkelijkheid die heilige grond is.
In de stilte ervaar je je niet langer als het centrum van de wereld.
Je wordt er je bewust een deel te zijn van het groter geheel.
De stilte is ook paradoxaal de ruimte waar je zowel eenzaam bent
als sterker met anderen verbonden wordt.
In de stilte gebeurt iets dat voor menselijke leiderschap van levensbelang is.
(Uit: Johan VERSTRAETEN, Taal en stilte. Naar een leiderschap voorbij de angst)