Onderricht Maart 20200

OPEN CONTEMPLATIEF HUIS OOSTENDE LEERHUIS VOOR CHRISTELIJKE MEDITATIE
werkjaar 2021-2022

Bron van het onderricht:
David FRENETTE, The Path of Centering Prayer. Deepening Your Experience of God, Sounds True, Boulder, Colorado, 2017

Onderricht op 1 maart 2022

Op de vooravond van Aswoensdag,
bij het begin van de veertigdagentijd van 2022,
nu onze gedachten niet alleen meer vervuld zijn van alle Covid-ellende, maar meer nog door de invasie van Oekraïne door Rusland
en door deze grove schending van de vrede en het volkerenrecht, nodigt David Frenette ons uit om open en ontvankelijk te zijn
voor de aanwezigheid van God in alle omstandigheden van ons leven.

Meditatie is een oefening voor die openheid
en brengt ons in eenheid met de goddelijke natuur in ons.
We worden niet alleen tot die eenheid gebracht
als we alle moeilijkheden en obstakels achter ons gelaten hebben, maar midden erin.
Want we kunnen God vinden, beter, God laat zich vinden, vindt ons, in het leven, het ware leven, met alles wat dat leven meebrengt
aan moeilijkheden.


We mogen ons realiseren dat wij met al onze menselijkheid,
met al onze fouten, met al ons falen en met al onze moeilijkheden, met al wat ons overkomt, in God zijn.

Meditatie helpt ons open te worden voor Gods nabijheid en deze te erkennen in alle omstandigheden van het leven.
Openheid en erkenning zijn dé twee contemplatieve ingesteldheden
waardoor we Gods aanwezigheid als een genade, als een geschenk ontvangen, erkennen en toelaten.

We kunnen deze houding van openheid en erkenning ook aannemen tegenover onze medemensen
waardoor we hen dan zelf een ervaring van Gods aanwezigheid geven. David Frenette noteert hoe hij dit bij Thomas Keating ervaarde.

God is dus geen gedachte, geen inhoud van denken, maar de inhoud van ervaring van aanwezigheid, aanwezig in mezelf en in alle levende wezens
en in alle omstandigheden van het leven.
We zijn dus nooit gescheiden van God
zoals we nooit gescheiden zijn van onze adem.

We oefenen ons in openheid, in een open geest en een open hart, door tijdens ons mediteren telkens zacht terug te keren
met onze aandacht naar onze mantra, naar onze ademhaling,
naar ons heilig voorwerp, naar de stilte en de ruimte om ons heen.

Ook in moeilijke momenten tijdens de meditatie
of ook in het leven, leren we met open handen stil te zitten.
De open handen en de stil zittende mens
zijn dé symbolen van de contemplatieve mens.
We hoeven niets te doen buiten dat zitten en de handen te openen en vooral ophouden met onze pogingen
om God te zoeken, te grijpen, te bevatten,
en ook ophouden met onze meditatie als zodanig te beschouwen. We hoeven God niet te zoeken. Hij is er.
We hoeven Hem zelfs niet te beminnen. Hij bemint ons.
Onze liefde is: open zijn voor zijn liefde, deze erkennen en toelaten en op die wijze uitstralen naar anderen.
In Psalm 46 lezen we: “Wees stil en erken dat ik God ben.”

Maar ook ons falen, onze menselijke ellende en ellendigheid kan ons openmaken voor Gods aanwezigheid.
Als we dan bidden “God, kom mij te hulp!”,  dan maken we God niet attent op onze ellende,
maar dan openen we ons voor zijn aanwezigheid.
En dan worden we ook open om onze menselijkheid te aanvaarden. https://www.youtube.com/watch?v=YszmEsvI6h8&ab_channel=ilkay