Tekst en onderricht 5 maart 2024
Bron van het onderricht:
John MAIN - Morton KELSEY, The Other Side of Silence. Meditation for the Twenty-First Century
Onderricht op 5 maart 2024
Dinsdag 5 maart 2024
Trouw zijn aan ons gebedsleven en aan onze meditatiepraktijk heeft te maken met geduld en het besef dat alles wat groeit,
zowel in de natuur als in het innerlijk van de mens, tijd nodig heeft. Kelsey kijkt met verwondering naar de immense reuzesequoiabomen, de mammoetbomen van het Sequoia National Park,
waarvan de grootste, General Sherman genaamd, 84 meter hoog is.
Deze in de tuin voor het gastenkwartier in Chimay is ‘maar’ 35 meter hoog.
Al deze reuzen zijn allemaal begonnen als kleine zaden,
maar deze zaden vonden de goede omgeving om te gedijen en te groeien: een goede bodem, voldoende licht en warmte,
voldoende vocht dat de goede voedingsstoffen aanbracht, en mensen die hen de tijd gunden om te groeien
en er niet de bijl of de zaag hebben ingezet.
Armoede is het ideale klimaat en de ideale omgeving
om het zaad van het geestelijke leven te laten gedijen en groeien, zowel het zaad van het gebed en de doorleefde relatie met God
als het zaad van een liefdevol leven in een vredevolle relatie met medemensen.
Woestijnvaders vonden dat de materialistische en triviale wereld niet dat ideale klimaat en die ideale omgeving kon zijn.
Jezus vond dat van de tempel met zijn offercultus ook.
Het was geen plaats van gebed, noch van liefde, noch van een innige relatie met de God van liefde.
Jezus zuiverde de tempel en de woestijnvaders zochten de goede omgeving op. De spirituele groei van een mens is net als de groei van een zaad.
Die behoeft een goede omgeving en tijd.
Er is nood aan de goede grond van een spirituele omgeving.
Nogmaals, een materialistische en triviale wereld is niet de goede bodem en zelfs als we even willen mediteren, dan dienen we ons
even uit deze wereld terug te trekken, de binnenkamer in, waar we die wereld buiten houden.
De voedingstof voor de ziel is merkwaardig genoeg een ‘tekort’, een besef van armoede dat een verlangen doet ontstaan,
een besef dat we geestelijk arm zijn aan leven terwijl we rijk zijn aan materieel bezit en mogelijkheden, maar dat die rijkdom onze armoede betekent.
Materiële armoede is wellicht een voorwaarde voor spirituele groei.
Dan is er de nood aan licht, de ervaring en het bewustzijn van bemind te zijn met een onvoorwaardelijke liefde.
Noodzakelijk is ook dat we ons voor dat licht en voor die liefde openen. Gewoon onze nood aan liefde erkennen.
Warmte vindt de ziel dan door het zelf geven van liefde, in concrete daden van goedheid, waardoor de ziel
ook niet los dreigt te komen van menselijkheid.
Groei vraagt tenslotte geduld met onszelf en anderen. Geduld betekent tijd, afwezigheid van prestatiedrang.
Dit alles is weinig te vinden in de seculiere wereld van vandaag. Die wordt teveel bepaald door de waan van zelfredzaamheid,
zelfbetrokkenheid, de drang naar beveiliging, bevrediging en bevestiging. Er is geen armoede van geest.
https://www.youtube.com/watch?v=Agu1k6sZQZw&ab_channel=AndreHoutm an