Onderricht 17 september 2019
Bron: Metropoliet Anthony (Bloom) van Sourozh, De weg naar binnen. School van het gebed, Tilburg, 2010, blz. 14-20
ALS GOD AFWEZIG SCHIJNT TE ZIJN
“Natuurlijk heb ik het niet over een werkelijke aanwezigheid – God is in werkelijkheid nooit afwezig – maar over het gevoel van afwezigheid dat wij hebben.”
Het gebed is niet zo problematisch
als we God in ons leven aanwezig weten, Hem ervaren,
Hij in ons leven doorbreekt.
De vraag is natuurlijk of datgene wat we aanduiden als Godservaring
wel degelijk een ervaring van God is en we ons geen illusie voorhouden.
Maar wat als Hij – wat meestal toch de ervaring is – afwezig blijkt te zijn.
Stellen we ons terecht vragen bij wat de ervaring van aanwezigheid,
dan moeten we ons ook vragen stellen bij deze van afwezigheid van God.
Tot de apostel Thomas zegt de verrezen Heer:
Zalig die niet gezien en toch geloofd hebben. (Jo 20, 29).
Het pure geloof leert ons bewust te zijn dat God nooit afwezig is.
Onderricht 3 september 2019
Bron: Metropoliet Anthony (Bloom) van Sourozh, De weg naar binnen. School van het gebed, Tilburg, 2010, blz. 4-10
HET GEBED: EEN ONTMOETING, EEN DIEPGAANDE RELATIE
“Een ontmoeting met God kan gevaarlijk zijn. Het gebed begint ermee dat de mens zich naar binnen keert, dat wil zeggen dat hij een ontmoeting aangaat met zichzelf. Maar een ontmoeting met jezelf kan ook gevaarlijk zijn.”
Een korte biografie van de schrijver :
Metropoliet Anthony van Sourozh werd als André Bloom geboren
op de vooravond van de Eerste Wereldoorlog, op 19 juni 1914,
in het Zwitserse Lausanne.
Zijn vader was lid van het keizerlijke corps diplomatique
en André bracht zijn kinderjaren door in Perzië.
De Oktoberrevolutie deed het gezin in Parijs belanden
waar André natuurkunde, scheikunde, biologie en geneeskunde studeerde.
In 1940 legde hij, voor zijn vertrek als legerarts naar het front,
de monastieke gelofte af en in 1943 ontving hij de monnikenwijding.
Hij ontving daarbij de naam Anthony.
Tijdens de oorlog werkte hij verder als arts in Parijse ziekenhuizen
en was hij actief betrokken bij het verzet.
Na de oorlog ging hij als huisarts aan de slag
tot hij in 1948 priester gewijd werd.
In 1949 vertrok hij naar London
waar hij in 1957 tot bisschop gewijd werd en in 1962 benoemd werd
tot aartsbisschop van de Russische Kerk in Groot-Brittannië en Ierland.
In 1963 werd hij exarch voor West-Europa en in 1966 metropoliet.
Omwille van zijn pastorale activiteiten vroeg en bekwam hij in 1974
het ontslag uit zijn functie als exarch.
onderricht 12 mei 2020
JEZUS’ BOODSCHAP BETER BEGRIJPEN
BASISBEGRIPPEN VAN DE JOODSCHRISTELIJKE SPIRITUALITEIT
LIEFDE: MEER DAN EEN EMOTIE
“Dit is mijn gebod, dat gij elkaar liefhebt, zoals Ik u heb liefgehad.” (Jo, 15, 12)
Charlie Mackesy
Gebed:
Geef ons Uw Woord, Heer,
en maak ons voor Uw Woord open en aandachtig.
Uw Woord waarin Gij U openbaart
en wij ons ware wezen herkennen.
Uw Woord dat ons verruimt en verrijkt,
ons inspireert tot het hoogste,
het meest menselijke, het goddelijke.
Uw Woord dat ons leidt
om scheppend en verrijkend
in het leven te staan,
liefdevol, vredevol en vreugdevol.
Uw Woord dat ons oproept
om Uw Zoon te volgen
en deel te nemen aan het Koninkrijk.
Geef dat wij er nooit verstoken van zijn.
Amen.
Tekst en onderricht 9 juni 2020
(EEUWIG) LEVEN: EEN VEELEISENDE ONDERNEMING
“Wat moet ik doen om het eeuwig leven te verwerven?” (Mc 10, 17)
Gebed:
Geef ons Uw Woord, Heer,
en maak ons voor Uw Woord open en aandachtig.
Uw Woord waarin Gij U openbaart
en wij ons ware wezen herkennen.
Uw Woord dat ons verruimt en verrijkt,
ons inspireert tot het hoogste,
het meest menselijke, het goddelijke.
Uw Woord dat ons leidt
om scheppend en verrijkend
in het leven te staan,
liefdevol, vredevol en vreugdevol.
Uw Woord dat ons oproept
om Uw Zoon te volgen
en deel te nemen aan het Koninkrijk.
Geef dat wij er nooit verstoken van zijn. Amen.
Tekst & onderricht maart 2020
JEZUS’ BOODSCHAP BETER BEGRIJPEN
BASISBEGRIPPEN VAN DE JOODSCHRISTELIJKE SPIRITUALITEIT
10 maart 2020:
VERBOND: EEN RELATIE VOL VERTROUWEN
“Dit is mijn bloed van het verbond, dat vergoten wordt voor velen.” (Mc 14, 24)
Bijbellezing uit het evangelie van Marcus:
14, 22 Onder de maaltijd nam Jezus brood, sprak de zegen uit,
brak het en gaf het hun met de woorden: “Neemt, dit is mijn Lichaam.”
23 Daarna nam Hij de beker en na het spreken van het dankgebed
reikte Hij hun die toe en zij dronken allen daaruit.
24 En Hij sprak tot hen: “Dit is mijn Bloed van het Verbond,
dat vergoten wordt voor velen.
25 Voorwaar, Ik zeg u: Ik zal niet meer drinken
van wat de wijnstok voortbrengt
tot op de dag waarop Ik het, nieuw, zal drinken in het Koninkrijk van God.”
26 Nadat zij de lofzang gezongen hadden, gingen zij naar de Olijfberg.
Lezing uit Claus WESTERMANN, Hoofdlijnen van een theologie van het Oude Testament.
Het Oude Testament spreekt over God primair ‘werkwoordelijk’
en niet ‘naamwoordelijk’.
Wat over God gezegd wordt,
slaat zonder uitzondering op een gebeuren tussen God en mens,
nooit is het in de eerste plaats een toestandbeschrijving.
In zover verbond opgevat wordt als een status,
een constante verbinding tussen God en mens,
kan het slechts een latere benaming zijn voor de uitkomst
van wat er gebeurd is tussen God en zijn volk. (…)
In de brede discussie over het Hebreeuwse woord bériet (verbond)
is men het er ten volle over eens geworden,
dat het oorspronkelijk geen toestand beschrijft maar een handeling. (…)
Overal waar in de oudste teksten bériet gebruikt wordt, gaat het erom,
dat iemand iets op een plechtige en bindende wijze verzekert.