Onderricht 19 september 2017
Bron: Thomas KEATING, The Human Condition. Contemplation and Transformation, Paulist Press, New York
Het hoofdstuk waar we vanavond het onderricht uit putten heet:
Contemplation and the Divine Therapy.
Bij het woord ‘therapie’ of genezing gaan er bij velen bellen rinkelen.
Religieuze devoties in godsdiensten droegen bij velen en dragen nog bij velen
de hoop op genezing, fysisch zowel als psychisch.
En veel spiritualiteit zonder godsdienst – zoals Christopher Jamison dat heet –
dient bij velen nu hetzelfde doel, namelijk,
een psychologisch welzijn waarvan vermoed wordt
dat het ook fysisch welzijn meebrengt, je in alle opzichten beter voelen
waardoor je ook beter sociaal gaat functioneren.
Keating heeft uiteraard weet
van de therapeutische en recreatieve kracht van de stilte:
Even from a purely human perspective,
everybody needs some solitude and silence in daily life,
just to be human and creative about the way one lives.
En hij heeft ook weet van de therapeutische effecten van meditatie:
As a result, not only is the mind quiet and at rest
from the ordinary concerns of daily life,
but the body also begins to rest, a rest that is deeper than sleep.
Maar zo’n fysisch en psychologisch welzijn
noemt Keating een aardig neveneffect van meditatie, niet het beoogde doel.
Het doel van godsdienstige spiritualiteit,
is, anders dan de geshopte spiritualiteit zonder godsdienst,
niet gelegen in persoonlijk fysisch of psychisch nut.
Echte spiritualiteit draagt dus in zich ook niet
de door de wereld onmiddellijk vereiste relevantie.
Ze heeft dus ook geen marktwaarde.
Authentieke spiritualiteit is immers het verlaten van het pad,
waarop je voor jezelf zorgt en je persoonlijk heil
of je persoonlijke volmaaktheid voorop stelt.
Zoals we reeds vaak aangaven: niet je goed voelen is het doel,
niet het bewustzijn dat je goed bezig bent, maar gewoon goed zijn.
En in een christelijke evangelische spiritualiteit betekent dat:
de wil van God doen, onvoorwaardelijk liefhebben en onverdeeld goed zijn.
Anders gezegd: een leven leiden dat beantwoordt aan wie we werkelijk zijn.
En wie zijn we?
We zijn een bundel emotionele behoeften. Zo kennen we onszelf wel.
Er is de behoefte aan veiligheid en de drang om te overleven,
de behoefte aan affectie en waardering en de drang om gezien te worden,
de behoefte aan zekerheid en de drang tot controle, de machtsdrang.
Dat alles bepaalt in de grote mate wat we doen, denken, voelen.
En als - zeker in de kindertijd - aan die behoeften
niet op een gewenste en niet op een nodige wijze antwoord gegeven wordt,
dan worden de daaruit volgende frustraties en trauma’s
vaak naar het onbewuste verdrongen,
maar die blijven van daaruit verder ons doen en laten,
ons spreken en zwijgen, ons denken en voelen bepalen.
Het is niet altijd erg dramatisch en ook niet altijd zichtbaar.
Niet altijd zo dramatisch als bij zware verwaarlozing en misbruik van kinderen.
Maar toch wordt dat onbewuste in ons leven
bijna dagelijks aangestoten en geactiveerd.
Bijvoorbeeld: rap op je tenen getrapt zijn, je vlug gekwetst voelen
is een gevolg van het aanstoten van een niet verwerkt gekwetst zijn.
Bij die activatie wordt een mechanisme in gang gezet
van onwaar en ondoelmatig denken en voelen.
In de Filokalia (het boek dat in komende onderrichtingen aan bod komt)
heet dat ‘hersenspinsels’.
Fantasieën en innerlijke dialogen treden naar voor
en voeden een emotionele chaos.
Ze leiden soms tot onwaar en ondoelmatig handelen: dom doen.
Het kwaad van mensen is altijd dát…
De oproep tot bekering die in het evangelie klinkt,
is een oproep om die hersenspinsels los te laten
en je te laten bevrijden van hun tirannieke macht.
Het begint met je bewust te worden dat je meer bent
dan je emoties, je trauma’s, je frustraties, je slachtoffer zijn, je ziek zijn.
Dat is je ware identiteit niet.
Je ware identiteit is dat je bemind bent en tot liefde bent geroepen.
De goddelijke therapie is een bevrijding en een bewustwording.
Bewust worden van je ware identiteit.
Bevrijd worden van de tirannie van je emotionaliteit.
Relativering van de emotionele bindingen van het ik.
Als Jezus als voorwaarde om Hem te volgen stelt dat je ‘ouders moet haten’,
dan wordt niet bedoeld
dat je je moet onttrekken aan eerbied en zorg en dankbaarheid,
maar wel aan emotionele binding
die onware en ondoelmatige gevoelens genereren,
zoals schuldgevoelens, maar ook haatgevoelens
en gebrek aan vertrouwen in jezelf en daarmee ook aan zelfstandigheid.
Een consequentie daarvan is
dat mediteren helemaal niet bidden voor iemand is
en dat ook alle positieve gedachten aan en gevoelens voor mensen
tijdens het mediteren mogen/moeten losgelaten worden.
Meditatie is de oase van stilte om bevrijd en bewust te worden,
om alle berichtjes van de gsm van het onbewuste (en ook alle echte oproepen) te negeren.