Thomas Keating

Thomas Keating

Thomas Keating osco is geboren op 7 maart 1923 in New York, studeerde aan de Deerfield Academy , Yale University en Fordham University. Hij sloot deze studies af in december 1943. In januari 1944 werd Keating monnik en later ook priester bij de Orde van de Cisterciënzers van de Strikte Observantie in Valley Falls, Rhode Island. Hij werd in 1958 benoemd tot overste van St. Benedict's Monastery , Snowmass, Colorado , in 1958, and was elected abbot of St. Benedict's Monastery , Snowmass, Colorado, en in 1961 verkozen tot abt van Sint- Joseph's Abbey , Spencer, Massachusetts, in 1961. He returned to Snowmass after retiring as abbot of Spencer in 1981, where he established a program of ten-day intensive retreats in the practice of Centering Prayer, a contemporary form of the Christian contemplative tradition .Abbey Joseph's , Spencer, Massachusetts. Hij keerde terug naar Snowmass na zijn afscheid als abt van Spencer in 1981, waar hij een programma van tien dagen intensieve retraites in de praktijk van centrerend gebed samenstelde, een eigentijdse vorm van de christelijke contemplatieve traditie. Dit samen met William Meninger osb en Basil Pennington osb. Basiswerk was het 14de eeuwse werkje De Wolk van Niet-Weten. Misschien komt het begrip Centering Prayer wel van Thomas Merton.
Father Thomas Keating wordt wel eens de Dalai Lama van het christendom wordt genoemd. Hij verwierf bekendheid in Amerika als grondlegger van 'Centering Prayer', een hedendaagse manier om de christelijke mystiek toegankelijk te maken. Het spirituele netwerk hierrond,'Contemplative Outreach', bereikt momenteel tienduizenden mensen en dit in wel 40 landen. 'Stilte moet hoog op onze agenda staan', zo zegt Keating.

Ik denk dat ik kan zeggen dat de kerk en de mensheid zelf
een vernieuwing doormaken van het contemplatieve leven en waar dit leven voor staat:
de omvorming van het bewustzijn in een Christus-bewustzijn of, zo u wilt, een God-bewustzijn.
Het is volgens mij ten diepste het doel van het Evangelie om ons uit te nodigen in het goddelijke leven en de liturgie legt voortdurend uit hoe dit werd gedaan,
hoe het wordt gedaan en gedaan moet worden.
We worden gehuld in enorme mysteries en begiftigd met ongelooflijke gaven
die ons in staat stellen om in te gaan op die uitnodiging van God
om binnen te treden in het goddelijke leven.
In de christelijke traditie gaat het er niet om een beter mens te worden,
hoe wenselijk dat ook voor onszelf en onze omgeving is.
We worden uitgenodigd om goddelijke mensen te worden
en elk ander begrip van het christelijk leven is een misvatting of een ontoereikende voorstelling.
Het is niet alleen maar een religie – en dit is belangrijk – het is een leven dat geleefd moet worden, een leven dat we niet bezitten uit eigen initiatief,
maar dat ons vrij en gratis wordt gegeven
door een God van ongelooflijke nederigheid en ongelooflijke liefde. (…)
De contemplatieve dimensie van het Evangelie is deze overtuiging, deze verlichting, dit begrip
dat het doel van het leven, het doel van het Evangelie, het doel van elk ritueel,
van elk gebed, van elk sociale actie, elke bediening en elke liturgie die we verrichten,
gericht is op de eenwording met God.
En dat is geen abstract concept, maar een echte ervaring van de goddelijke eenwording
die wij allen in zijn volheid hopen te ervaren in de hemel,
maar die bedoeld is om ook in dit leven al te worden voorvoeld en beleefd.
Zoals ik het zie, is de transformerende eenwording slechts het begin,
 het is het normale christelijke leven. (…)
Het gaat over het overdragen van Christus’ ervaring van de Vader als abba.
Dat is het revolutionaire in de christelijke traditie.
God is niet alleen de schepper en vader, hij is papa of daddy
of welke term je ook geeft aan de meest dierbare ouder.
God is niet alleen maar transcendent, de rechter van de wereld, de macht achter al wat bestaat,
de schepper, de energie van het heelal.
Deze geweldige God is zo dichtbij, zo dierbaar, zo liefhebbend dat er geen woord is om Hem te beschrijven, maar de ervaring die het woord abba lijkt te beschrijven
komt het dichtst bij dit mysterie dat verborgen is in Jezus’ ervaring.
De christelijke traditie gaat niet over boeken of overgeleverde documenten,
hoe belangrijk deze ook zijn.
Wat iemand tot christen maakt, is de ervaring van God, de ultieme werkelijkheid, als Vader.

(Uit een lezing gehouden op 9 juli 2004 voor de Katholieke Jezuïeten Universiteit Creighton in Omaha, Nebraska. Vertaling: Willy Eurlings)

 

I