Homilie voor de 15 zondag door het jaar B

12 juli 2015

Homilie voor de 15de zondag door het jaar B

Als Jezus zijn leerlingen uitzendt om deel te nemen aan zijn zendingswerk,
dan drukt hij hen op het hart
dat ze niet al te veel voorzorgen moeten nemen om voor zichzelf te zorgen
en dan waarschuwt hij hen dat ze op veel plaatsen niet zullen ontvangen worden
dat veel mensen niet naar hen zullen luisteren,
dat veel mensen hun boodschap niet zullen aanvaarden.
Ook de profeet Amos krijgt te horen dat hij met het woord van God niet welkom is.
Het is nu natuurlijk niet zo dat,
als mensen het met je oneens zijn, jouw mening niet aanvaarden,
geen rekening willen houden met wat je zegt,
je het toch bij het rechte eind hebt en je – zoals Amos - Gods gelijk aan je kant hebt.
Vooral niet als je mening de uiting is kleinzielige ik-gerichte menselijke zorgen en angsten,
als je woorden uiting zijn van het soort geweeklaag en gejank
waaraan Jezus zich behoorlijk kan ergeren
en dat in de tocht door de woestijn Gods woede kon opwekken.
En ook religieuze sekteleden of mensen van kortzichtig religieus allooi,
die met hun boodschap niet op veel enthousiasme moeten rekenen,
moeten zich niet van het woord van Jezus bedienen om zichzelf het goede gevoel te geven
dat ze het wel degelijk bij het rechte eind hebben.
Toch maken Jezus’ waarschuwing en Amos’ ervaring duidelijk
dat, zoals de Joodse filosoof Martin Buber het uitdrukte, ‘succes’ geen naam van God is.
Dat bewegingen in de Kerk succes hebben
is daarom nog geen teken van hun onevangelisch karakter,
maar het is zeker geen directe aanwijzing van hun zuivere evangelische aard.
De waarheid is meestal niet wat de massa roept, eist, dwingt.
Want de massa is geweldig manipuleerbaar
en succes is weggelegd voor hen, die hun omgeving en de massa weten te manipuleren
met eenvoudige slogans, antwoorden en opvattingen
waarin natuurlijk altijd wel een groot stuk waarheid zal zitten.
Succes is weggelegd voor hen die weten te voldoen
aan de verlangens, wensen en verwachtingen van mensen
op zoek naar zekerheid en veiligheid, naar bevrediging en naar bevestiging.
Succes is weggelegd voor hen die kunnen zorgen voor geruststelling,
voor spektakel en opwindend vertoon, voor emotioneel en schoon vertoon ook.
Succes is niet weggelegd voor diegene die oproept tot echte stilte,
tot een radicale verandering van levensstijl
waarin het ik niet meer centraal staat maar de onaanzienlijke medemens.
Succes is weggelegd voor diegene,
die voor een volle kerk durft zeggen dat hij plast op de hoofden van de kardinalen,
maar niet voor kloosterzusters die op vraag van derden
opvang aanbieden voor diegene die door de massa aan de galg geroepen wordt
en op deze wijze een daad stellen van goddelijke barmhartigheid,
een barmhartigheid waaraan de massa zich ergert.
Er bestaan misschien wel recepten om het religieus bedrijf weer op te krikken.
Maar 70 jaar geleden werden volgende profetische woorden geschreven
door de door de nazi’s vermoorde predikant Dietrich Bonhoeffer:
Onze kerk, die deze jaren alleen gevochten heeft voor zelfbehoud
alsof ze een doel was op zich,
is niet in staat het verlossende en verzoenende woord te brengen
aan de wereld en aan de mensen.
Daarom moeten de oude woorden wel hun kracht verliezen en verstommen.
Ons christen-zijn zal in deze tijd bestaan uit slechts twee elementen:
bidden en onder de mensen het goede doen.
Elk denken en praten en organiseren van christenen
moet herboren worden uit dat bidden en dat doen.
Iedere poging om de kerk voortijdig weer
een succesvolle en machtige organisatie te doen worden,
zal een vertraging betekenen in haar noodzakelijke verandering en zuivering.
Het is niet aan ons de dag te voorspellen  - maar die dag zal komen –
dat er weer mensen geroepen worden om zó Gods woord te spreken
dat de wereld er onder verandert en zich vernieuwt.
Het zal ene nieuwe taal zijn, volkomen a-religieus misschien
maar bevrijdend en verlossend als de taal van Jezus.
Een taal van een nieuwe rechtvaardigheid en waarheid,
een taal die de vrede verkondigt tussen God en de mensen
en de nabijheid van zijn Rijk.
Tot die tijd zal de zaak van de christenen verborgen zijn en stil,
maar er zullen mensen zijn die bidden en het goede doen en wachten op Gods uur.