Homilie voor het feest van de Openbaring van de Heer


3 januari 2016

Het is eigenlijk jammer dat legende en folklore
van de wijzen uit het kerstverhaal van Matteüs koningen hebben gemaakt.
Niet dat ik iets tegen koningen zou hebben.
Maar het zorgt er wel voor dat sommigen de eigenlijke boodschap van het verhaal
en van het feest van de Openbaring missen.
De boodschap is wel degelijk dezelfde als deze van het Kerstfeest:
dat God zich openbaart in een kind, een weerloos en onmachtig kind, niet in een koning,
en dat je een wijze moet zijn om die openbaring te zien, een wijze, geen koning.
In het evangelieverhaal op het feest van de Openbaring
worden twee ingesteldheden van mensen tegenover elkaar gesteld:
deze van de wijzen uit het oosten en deze van koning Herodes.
Wijs is hier niet hetzelfde als intelligent, intellectueel.
We herinneren ons, wat verder in het Matteüs-evangelie te lezen staat:
Ik loof u, Vader, Heer van hemel en aarde,
omdat u deze dingen voor intellectuelen en verstandigen verborgen hebt gehouden,
maar ze aan eenvoudige mensen hebt geopenbaard.
Met intellectuelen en verstandigen worden hier mensen bedoeld
die allerhande weetjes en kennis over dingen en mensen proberen te verwerven,
om hun leven veilig te stellen, om hun leven zelfgenoegzaam in eigen handen te nemen,
om voor alles en nog wat met dé oplossing te komen aandraven.
Het is kennis waarmee men macht over dingen en mensen kan uitoefenen,
kennis waarmee men zich boven anderen kan verheffen.
Het is kennis waarin wereldse heersers en veel mensen in geïnteresseerd zijn.
Dit zoeken naar kennis heeft angst als motivatie.
Angst voor je leven en vooral angst om niet iemand te zijn in de ogen van anderen.
Het is die angst die mensen allerlei onware gedachten over zichzelf en anderen inblaast,
die mensen vervult met storende emoties
die innerlijke vrede en harmonie in omgaan met medemensen wegvreet.
Herodes is een angstig mens.
We kennen de verdere bloedige afloop van het verhaal.
We weten dus dat de angstige mens heel veel kwaad berokkend, heel veel leed veroorzaakt.
Mochten we de mensen en de wereld kunnen bevrijden van angst
dan zou de langverwachte vrede in de wereld stromen.
Mochten wij bevrijd worden van angst, dan zou vrede in ons stromen.
Is de duisternis het symbool voor alles wat ons van angst vervuld
en onszelf tot duistere mensen maakt,
dan is Christus het licht dat ons van het duister, van angst bevrijd,
Hij die zegt: “Wees niet bang, ik ben het…”
De wijzen uit het Oosten zijn op zoek naar dat bevrijdende licht, naar verlichting.
Iedereen weet ondertussen, dat veel intellectuelen niet altijd wijs zijn
en er veel wijsheid te vinden is bij eenvoudige mensen
die niet altijd grote diploma’s op zak hebben.
Wat mij altijd ergert bij mensen is dus niet het gebrek aan geleerdheid,
maar wel het gebrek aan wijsheid en de onwil om die te zoeken en te volgen.
Maar wijsheid is ook een gave van de Geest.
Maar het is een gave voor eenvoudige mensen.
Wijsheid is dus – mag je stellen – het gevolg van een ingesteldheid: eenvoud.
Eenvoud betekent dat je ontdaan bent van alle gemaaktheid,
van alle overbodige uiterlijke opsmuk waarmee je jezelf in de kijker wilt plaatsen,
waarmee je jezelf wilt bewijzen en wil laten erkennen en waarderen door anderen.
Eenvoudige mensen zijn mensen die zichzelf aanvaarden en zichzelf aanvaard weten,
en die dan ook in hun oordeel zeer mild kunnen zijn voor anderen,
want ze dienen zich tegen niets of niemand af te zetten.
Eenvoudige mensen zijn mensen die in vrede leven met zichzelf
en daardoor ook in vrede kunnen leven met hun medemensen.
En ze zijn in staat lief te hebben.
Eenvoudigen en wijzen kunnen zien
dat God zich openbaart in een weerloos en onmachtig kind.
Ze hebben immers niet alleen zichzelf aan de kant gelaten
maar ook alle beelden van God die niets anders zijn dan projecties
van hun eigen gefrustreerde verlangens naar macht en rijkdom.
Het waren eenvoudige wijzen die God in het kind Jezus erkenden en aanbaden.
Angstige en egoïstische mensen kunnen nooit wijs zijn
en kunnen aan God ook nooit aanbieden wat Hij van ons vraagt:
de wierook van vriendelijkheid, geduld en mededogen,
het goud van daadwerkelijke liefde
de myrre van verdriet om eigen falen en het falen van anderen,
van barmhartigheid en vergeving.
Ze kunnen ook nooit van overgrote vreugde vervuld worden.
Het is nochtans die vreugde die ik jullie allen toewens.

priester Dirk