Homilie voor de 33ste zondag door het jaar B 17 november 202

Homilie voor de 33ste zondag door het jaar B 17 november 2024


Herfsttooi van de Ginkgo biloba, Japanse tempelboom, een boom ‘ondanks’

Ruim 65 miljoen jaar nadat de boom (vermoedelijk) een meteorietinslag overleefde, bleek dat de Ginkgo tegen elke mogelijke bedreiging van de aarde is opgewassen. Nadat de Amerikanen aan het einde van
de Tweede Wereldoorlog, op 6 augustus in 1945, een atoombom gooien op Hiroshima, raakt een tempel op een kilometer afstand van de inslag zwaar beschadigd. De Ginkgo die volgens traditie naast de tempel is gebouwd, blijkt echter korte tijd later gewoon weer uit te lopen. Het was de eerste boom die op de plek des onheils weer begon te bloeien en werd daarom wereldwijd het symbool van hoop. De boom is dus tegen veel bestand, wortelt al miljoenen jaren op aarde en wordt bovendien zelf ook erg oud, tot zo’n 2500 jaar.
Omdat de boom weinig ziektes kent kan hij vrijwel overal groeien. Ook heeft de boom weinig problemen met luchtvervuiling waardoor hij vooral in steden wordt gepland, langs wegen.


(Bron: Historiek)

In deze herfsttijd, nu de natuur sterft en in verval is,
brengt de evangelielezing ons beelden van de lente en de aankomende zomer. Alsof we in deze duistere tijd nood hebben aan zonnige vooruitzichten.
Het 13de hoofdstuk van het Marcusevangelie, waaruit onze zondagspericope is genomen, bevat de belangrijkste redevoering van Jezus in dit evangelie.
Ze is gegeven aan slechts vier leerlingen: Petrus, Jakobus, Johannes en Andreas.

Jezus is daarvoor met hen naar de 809 meter hoge Olijfberg even buiten Jeruzalem getrokken. Op die plaats is er een heerlijk zicht op Jeruzalem en het is de plaats waar,
volgens de opvattingen in Jezus’ tijd, op het einde der tijden
de Messias zal verschijnen en God een begin zal maken met een nieuwe tijd. Jezus’ redevoering bevat een antwoord op de vraag die vele Joodse gelovigen in hun hart en op hun lippen voelden branden:
wanneer komt die nieuwe tijd, wanneer komt de nieuwe wereld en komt er dus een einde aan alle ellende en onrecht?
Iedere mens van goede wil, die moeilijk echt tevreden kan zijn met deze wereld, stelt zich natuurlijk ook die vraag,
en mensen, die zelf ook in dit leven te lijden hebben, kunnen zich ook de vraag stellen wanneer aan hun lijden en ellende een einde komt.
En wie het met zijn eigen mens-zijn heel ernstig neemt,
kan zich bovendien afvragen: “Wanneer word ik eindelijk eens een echt goed mens?” Dat is de vraag die ook veel heiligen zich stelden…
Het antwoord, dat Jezus in zijn redevoering geeft, luidt om te beginnen:
het einde van deze wereld komt er en de nieuwe wereld neemt een aanvang! Dat ‘eindtijdgebeuren’ beschrijft Hij met apocalyptische beeldtaal,
ontleend aan de profetieën van Jesaja en Daniël.
In het verleden werden die beelden als echt te geschieden gebeurtenissen voorgesteld. en velen hebben het einde van de wereld voorspeld.
De Amerikaanse Radio-omroeper Harold Camping hield het bij 21 mei 2011
en volgens de Nederlandse predikant van de Vrije Baptistengemeenschap Nehemia, Orlando Bottenbley, mogen we vóór 2032 de terugkomst van Christus verwachten. De Rus Raspoetin, die stierf in 1916, had gemikt op 23 augustus 2013.
We mogen wat het kosmisch einde van de wereld betreft deze dag rustig en onbekommerd verder doorbrengen.
De aarde komt aan haar einde over zowat 1,75 à 3,25 miljard jaar.
Natuurlijk kan de mens er zelf verder voor zorgen dat heel wat dierlijk leven verder uitgeroeid wordt,
grote delen van de groene longen van de aarde dagelijks omgehakt en verbrand worden, in de zeeën en oceanen tonnen rotzooi gedumpt worden,
steden met al hun kunstschatten vernield worden, we verder op ecologische rampen afstevenen
en natuurlijk ook mensenkinderen verhongeren of onder oorlogspuin hun einde vinden. Wat dat betreft is een mens van goede wil minder rustig en onbekommerd.
Wat is Jezus’ antwoord op de prangende vraag wanneer een einde komt aan de rotzooi? Zijn antwoord luidt – ietwat laconiek gesteld:
“Nu.” en: “Wanneer ge maar wilt…”
De nieuwe wereld komt er overal waar mensen ‘waakzaam’ leven,
luisteren naar de Geest die in hen leeft en hen inspireren wil tot het nieuwe en goede. En de mens daartoe ook vervult van kracht en wijsheid.
Die Geest in ons is het komen van de Mensenzoon, van Christus in ons, in de wereld. Overal waar mensen luisteren naar de woorden van Jezus
- woorden die niet vergaan, woorden die goddelijk zijn –
en ernaar handelen, beleven ze de nieuwe wereld, maken een einde aan de oude en worden zelf nieuwe mensen, ontdaan van angst en egoïsme.
Het Rijk Gods is als mogelijkheid werkelijk in ons en onder ons.
Op het einde van zijn redevoering roept Jezus dus op tot waakzaamheid. Het is in deze wereld luisteren naar Jezus’ woorden, naar Gods Geest, luisteren en er zich door laten leiden ‘ondanks’…:

ondanks de verstoring van een vredevolle wereld, de verkwanseling van de schepping, ondanks de vele schijnprofeten, het lijden van rechtvaardigen,
ondanks het onrecht in de wereld en de Kerk,
ondanks haar verval en ondanks de ontkenning van God.
Maar misschien houdt de waakzaamheid ook in
dat we ondanks eigen innerlijke verstoring, depressie en ellende Christus door zijn Geest in ons aanwezig blijven weten
en we met vertrouwen en hoop reiken naar de nieuwe mens en een nieuw leven. De boodschap van Jezus is, de boodschap van het evangelie luidt:
ook al stort de wereld in, ook al stort mijn wereld in,
we zijn door Christus’ aanwezigheid in staat dit nu te overwinnen, te overstijgen. In dit nu brengt Zijn aanwezigheid ondanks alles vreugde en hoop.

priester Dirk Masschelein,
Oostende, november 2024

https://www.youtube.com/watch?v=JZ0ScF0qzBQ&list=PLnjZhlhTL4pReIHz8C0oJnMmR- amCb44b&index=2&ab_channel=cesarsalgado1972