Het nieuwe leven : aandacht voor God.


Homilie voor het hoogfeest van Pasen - 5 april 2015 (priester Dirk)


Op het Paasfeest herdenken we de verrijzenis van Christus.

Maar we vieren de komst van het nieuwe leven

en de verlossing van een oud leven.

Het oude leven is het leven getekend door angst en zelfzucht.

Het nieuwe leven het leven gekenmerkt door liefde, vrede en vreugde.

Het oude leven is een leven gedomineerd door de normen van de wereld,

de dictatuur van het consumentisme en het sociale aanzien,

de wereld die alleen waarde hecht aan wat nuttig en vermakelijk is.

Het nieuwe leven is een leven geleid door de Geest van God.

Pasen en Pinksteren horen bij elkaar.

Pasen en Pinksteren zijn dé feesten van allen die nieuwe leven willen leiden,

dé feesten dus van de christenen, die samen de Kerk vormen.

Vandaar dat de tijd tussen Pasen en Pinksteren, de Paastijd,

dé tijd is van de zgn. initiatiesacramenten,

de sacramenten die inwijden in het nieuwe leven:

doopsel, vormsel, eucharistie.

Wil de Kerk in deze tijd verrijzen,

dan moet ernstig werk gemaakt worden van het nieuwe leven in al zijn aspecten.

Ik wil vandaag stilstaan bij één aspect van het nieuwe leven,

een gegeven dat – zoals vele aspecten van het nieuwe leven – aan herstel toe is.

Ik heb het over de aandacht.

Men is aandachtig omdat men iets verwacht.

De aandacht van mensen wekken en de aandacht van mensen gaande houden

dat doe je door hen iets te doen verwachten, door verwachtingen te scheppen,

verwachting van iets moois, iets nieuw, iets groot, iets spectaculair …

Aandacht, verwachting en verlangen horen samen.

Naast barmhartigheid is aandacht dé eigenschap van liefde.

Je hebt aandacht voor datgene en voor diegene van wie je houdt.

Trouwe partners doen niet alleen leuke dingen met elkaar

maar hebben ook te allen tijde aandacht voor elkaar.

Liefdevolle ouders geven aandacht aan hun kinderen.

Volgens de Joodse mystica Simonne Weil

is aandacht dé houding die in het onderwijs moet aangeleerd worden

meer dan alle nuttige vaardigheden.

Het vermogen tot geven van aandacht is een zwakke factor geworden

in het Vlaamse onderwijslandschap.

Hoor je me bijna een pleidooi houden

voor een leren stilzitten en luisteren.

Ja, leren aandachtig stilzitten en aandachtig luisteren.

Het is een houding van respect en eerbied, van liefde.

Geloven is aandacht hebben voor God.

Maar je kunt niet zomaar aandacht hebben voor God.

Simonne Weil zegt dat onze aandacht voor God bemiddelde aandacht is.

Ze wordt beleeft in de aandacht bij gebed en ritus.

Gezorgd moet dus worden voor een liturgie

waarbij we niet teveel aandacht richten op onszelf.

Een duidelijke, zuivere, sobere en directe liturgie

waarbij we met ons hart en onze Geest werkelijk bij God zijn.

Maar de aandacht voor God

wordt nog het best beleefd in de aandacht voor de mens,

in het bijzonder voor de arme, de kleine, de onaanzienlijke,

diegene dus die onze aandacht niet trekt

of misschien wel, door zijn afstoot wekkend gedrag of uiterlijk.

Maar in dat geval blijft de aandacht van de christen niet gericht

op dat uiterlijke of op het ergerlijke gedrag.

Dat is de aandacht van de mediageile mens.

De christen heeft aandacht met de ogen van God

en heeft dus aandacht voor het innerlijke, het diepe innerlijke,

hetgeen niet zichtbaar of in het gedrag nog niet zichtbaar is.

Want in ieder mens schuilt het vermogen tot goedheid en liefde,

in ieder mens schuilt het beeld van God.

De aandacht daarvoor is de basis van barmhartigheid.

Het goede in de mens wordt gewekt als de mens aandacht heeft voor de Geest in zich

en die aandacht wordt gewekt door een mens die aandacht heeft voor dat goede in jou.

Die aandacht viel Zacheüs te beurt in de ontmoeting met Jezus.

Die aandacht veranderde hem.

Maar hebben we wel aandacht voor God die aandacht heeft voor ons.

Naar wat gaat onze aandacht uit? En onze tijd? En onze energie en ons geld?

De aandacht voor God wordt verdrongen door triviale verlangens.

En het meest triviale verlangen is eigenlijk het verlangen naar aandacht van mensen.

We leerden onlangs weer dat mensen op geweldadige wijze

de verlangde aandacht, die ze liefdevol dienden te ontvangen, proberen te veroveren.

We weten dat het mechanisme van verdringing enkel zieke geesten voortbrengt.

De aandacht voor het religieuze is niet verdwenen,

maar wel voor de God die aandacht heeft voor ons.

We moeten ook onze menselijke triviale verlangens niet verdringen.

We moeten leren ordenen, prioriteiten leggen.

Wie of wat komt eerst?

Voor wie of wat hebben we eerst aandacht?

Voor de mensen van het nieuwe leven is het antwoord duidelijk:

God en de medemens.