Homilie Pinksteren 2023

 

 

 

 

 

 

 

Pinksteren 2023          Joh 20,19-23      Hand 2, 1-11      1Kor. 12,3-13

‘Eenheid in verscheidenheid’, zo zouden wij het gebeuren van de Geestuitstorting met Pinksteren kunnen noemen. In het multiculturele Jeruzalem werden vele talen gesproken, maar ieder verstond perfect het verhaal van Gods grote daden dat de apostelen nu verkondigen. In de Kerk van Korinthe verwekt de Geest vele vormen van dienstbetoon. Ze lopen elkaar echter niet voor de voeten maar spelen harmonieus op elkaar in. Allerlei verschillende ledematen maar toch één en hetzelfde lichaam. Harmonie, samenwerking, complementariteit! Ieder mag zijn eigen gaven en talenten tot ontwikkeling brengen in dienst van de gemeenschap. Dit alles is het rechtstreeks gevolg van de uitstorting van de Heilige Geest met Pinksteren, vijftig dagen na Pasen, de dag waarop de joden Sjavoeot vieren, het Wekenfeest, een gedachtenisfeest van het Godsgeschenk van de Tora aan zijn volk. En nu vieren christenen het grote geschenk van de Heilige Geest aan de Kerk, het wereldwijde en universele volk van God.

 

De Geest is een werkwoord. Hij betekent beweging en actie! Als je hem binnenlaat, transformeert hij je zoals vuur of water of een licht briesje, of als olie die het hardste gesteente doordringt. Zeker, men kan de Geest ook weigeren, er zich voor afsluiten en Hem zelfs het huis uitjagen. De mens kan kiezen voor de hardheid van zijn hart, voor ijdelheid, wreedheid, puur egoïsme en voor een negatieve kijk op alles en iedereen. Maar men kan de Geest ook aantrekken, Hem aanroepen, Hem zoeken om Hem te ontmoeten. Men kan deelhebben aan de Geest, simpelweg door een nederige en zachtmoedige levenshouding. Dan neemt de Geest de teugels in handen en Hij weet waar hij ons naartoe moet leiden. Hij bezielt, steekt in brand, bevrijdt, geeft je de kans om volledig jezelf te zijn, om vrij te worden, vrij vooral van dat lastige ‘ik’ dat altijd de overhand wil hebben en de controle houden.

De wet van het ik is de angst en overal waar de angst heerst wordt de Geest tegengehouden. We lezen dat eigenlijk ook in het evangelie van vandaag. In een vergrendelde zaal zitten de leerlingen bijeen, angstig en futloos, tot de Heer Jezus in hun midden komt. Ze hebben moeite Hem te herkennen en zich de uitzonderlijke genade van dat moment te realiseren. Tot tweemaal toe moet Jezus hen zeggen ‘vrede zij u’ alvorens ze ontwaken uit hun mentale verdoving. Zijn ook wij niet als die leerlingen, die onbekwaam zijn de Geest te ontvangen die op hun deur staat te bonken? Laten we de gunstige tijd, de kairos-tijd niet vaak aan onze neus voorbijgaan, omdat we te voorzichtig, te angstig en te ongerust zijn om de Gave Gods in een open en eenvoudig hart te ontvangen?


 

De Geest is een gave Gods, maar hoe kan de moderne mens deze gave in ontvangst nemen als hij alles in zijn leven zelf wil plannen en bepalen? Ons leven lijkt een beetje op die uitnodigingskaarten voor een feest waar nauwkeurig op vermeld staat wat de gastheer als cadeau wenst te krijgen. Een echt cadeau kan men dat niet meer noemen, want echte geschenken zijn verrassend, bijzonder en persoonlijk. Een echt geschenk is een symbool van de gever zelf die zichzelf wil schenken aan de ontvanger. En zo doet ook de Geest. Hij vernieuwt, Hij opent, Hij verbreedt horizonten, Hij maakt soepel, Hij maakt wendbaar en creatief, Hij regeert door wijsheid en zachtmoedigheid.

 

 

Roep Hem aan: “Kom, Heilige Geest!” Roep Hem aan en laat je door Hem troosten, vernieuwen, verbreden, zacht en soepel maken. Laat Hem je maskers afrukken, je goede maniertjes doorprikken, je verlegenheid en geremdheid afwerpen. Laat de Geest al je weerstanden omverwerpen, je wereldse voorzichtigheid omsmeden in vrijmoedigheid en durf. Laat de Geest je als een hevige windstoot wakker schudden uit je geestelijke slaap om opnieuw te leren ontvangen, om opnieuw een leerling te worden, om te leren dat het belangrijkste wat je in je leven kunt krijgen niet datgene is wat jij ‘gemaakt’ hebt maar wat je ‘gegeven’ wordt en wat je zelf aan anderen geeft.

 

 

Gelukkig degene die zich laat leiden, niet door de angst maar door de Geest, niet door het vlees maar door de Geest, niet door het egoïsme maar door de Geest. De Vader en Zoon houden niet op ons hun Geest te zenden (Joh 5,17), maar in welke mens vindt de Geest een landingsbaan? De landingsbanen voor de Heilige Geest zijn stilte, onthaasting, vertrouwen, gebed, leegte en rust. Wie deze landingsbanen aanlegt in zijn hart wordt vol van de Geest. Hij wordt zo dronken als de apostelen op Pinksteren van wie men dacht dat ze te diep in het glas hadden gekeken. Zo is de Kerk ontstaan, uit een spirituele dronkenschap. Dronkenschap betekent dat men de controle verliest.

 

Gelukkige dronkenschap! “Eet, mijn vrienden, drink van mijn wijn en wordt dronken van liefde” (Hoogl 5,1).

 

 

Blij en gezegend Pinksteren!

 

br Guerric Prébenoît 2023