Homilie voor de 22ste zondag door het jaar C 28 augustus 2022

 

Homilie voor de 22ste zondag door het jaar C 28 augustus 2022


Een schreeuw om erkenning…

In de evangelielezing van deze zondag
vinden we, als we van een nieuwe leven in navolging van Christus werk willen maken, opnieuw een voor ons belangrijke richtlijn.
Jezus keurt bij de genodigden niet alleen het zoeken naar de ereplaatsen af, maar Hij verwerpt ook het onderlinge streven:
het zoeken om de voornaamste te zijn of toch tot de voornaamsten te behoren. Het is het verlangen en het streven om in de ogen van minstens enkele anderen

voornaam, belangrijk, waardig, interessant te zijn.
Dat kan men nastreven door prestaties op allerlei vlak, door het verwerven van macht en bezit,
door het opstapelen van steeds meer kennis om ermee naar buiten te treden, maar eventueel ook door het aannemen van bepaalde levenswijzen.
Zo kan men dan voor uitzonderlijk, wijs, geleerd, rijk, machtig, kritisch, mooi, modern, mee met zijn tijd, verstandig of gewoon voornaam doorgaan.
Men kan ook heel sober en eenvoudig en nederig doen om als sober, eenvoudig en nederig gezien te worden en ontzettend lief en vriendelijk doen
om als lief en vriendelijk op het sociale podium te treden.
Nog andere uitdrukkingen duiden het besproken verlangen aan: de drang om zich te bewijzen,
de nood aan erkenning, bevestiging en waardering.
Het is naast de behoefte aan bevrediging en beveiliging
de derde sterkste motivatie van het menselijk handelen en van de cultuur.
Dieren hebben – zoals we weten – nood aan een territorium om te voldoen aan hun nood aan voedsel,
een gebied waarin ze anderen het brood niet uit de mond laten nemen. Er wordt onder dieren daar fel voor gevochten,
zoals mensen en volkeren vochten en vechten voor levensruimte, akkergronden, gebieden rijk aan grondstoffen,
afzetgebieden voor hun producten.
Mannelijke dieren streven naar de alleenheerschappij over een kudde, een groep vrouwtjes waar zij het voor het zeggen hebben
en vooral, waar zij het alleenrecht op paren hebben.
Daar kan onder de dieren ook hevig voor gevochten worden.
Voor het verwerven van aanzien, bevestiging, erkenning en waardering heeft de mens ook nood aan een territorium:
een groep of groepje, een vereniging, een aantal mensen waar we het toch een beetje voor het zeggen hebben.
Bij sommige mensen is die zgn. bevestigingsdrang heel groot. Men zou kunnen stellen dat ze lijden aan de ‘opvallende’ ziekte.
Het zou best kunnen dat ze daarmee een kwetsuur uit hun kindertijd verwerken: het gebrek aan de echt noodzakelijke aandacht en waardering
die kinderen moeten ontvangen.
Die echte en noodzakelijke waardering is geen waardering om wat kinderen eventueel doen, presteren of kunnen, maar is er gewoon omwille van zichzelf.

Lees meer...

Homilie voor de 21ste zondag door het jaar C 21 augustus 2022



Opnieuw lezen we aandachtig het evangelie van deze zondag om in dat evangelie een boodschap van Jezus te beluisteren, een boodschap die niet alleen gericht is tot zijn volksgenoten en tot zijn leerlingen, maar ook tot ons.
We lezen het om zijn woord te horen, te begrijpen en het te beleven. Niet wat de éne of de andere wil of denkt, is hier van belang,
maar wat Jezus ons zegt, dat moet in deze verkondiging te beluisteren zijn.

Jezus heeft het over ‘gered worden’, ‘deelnemen aan het Rijk Gods’, ‘binnentreden in het Rijk Gods’, ‘eeuwig leven’…
Dat zijn allemaal uitdrukkingen die wijzen op hetzelfde:
leven in eenheid met God, een leven gekenmerkt door diepe vrede en vreugde, solidariteit en verbondenheid met medemensen,
bewondering, eerbied en zorg voor de schepping.

Lees meer...

Homilie voor de 18de zondag door het jaar C 31 juli 2022

Homilie voor de 18de zondag door het jaar C 31 juli 2022


Wabi: rijkdom…

Jezus veroordeelde nergens rijkdom op zich.
Voor Hem is er wel een probleem gelegen in de houding tegenover bezit, in het omgaan met bezit en in het denken over bezit.
Hoe onze houding tegenover en ons denken over bezit als christen dient te zijn
is vrij eenvoudig en met twee woorden aan te duiden: niet bezitterig, niet egoïstisch. De Libanese dichter Kahlil Gibran schreef ooit deze beroemde verzen:
Je kinderen zijn je kinderen niet.

Lees meer...

Homilie 14de zondag door het jaar C

Homilie voor de 14de zondag door het jaar C 3 juli 2022

De opdracht van de 72 leerlingen wordt door Jezus geduid als ‘oogsten’.
Het gaat zeker niet om het groot maken van een organisatie en al helemaal niet om de uitbreiding van de Kerk.
Dat zou ook nu onze bekommernis niet moeten zijn,
noch voor de Kerk, noch voor iedere organisatie of initiatief in die Kerk, hoezeer we ook menselijk dromen en verlangen naar een heropleving van het geloofsleven en van het kerkelijk leven.

Een inspirerend man schreef ooit:
Iedere poging om de kerk
voortijdig weer een succesvolle en machtige organisatie te doen worden,
zal een vertraging betekenen in haar noodzakelijke verandering en zuivering.
En verder schreef die man ook:
Maar onze kerk, die deze jaren alleen gevochten heeft voor zelfbehoud alsof ze een doel was op zich,
is niet in staat het verlossende en verzoenende woord te brengen aan de wereld en aan de mensen.

Lees meer...

Homilie voor de 13de week 2022

Homilie voor de 13de week door het jaar C 26 juni 2022


“Wie de hand aan de ploeg slaat…” (Adriaan Herman Gouwe)

De evangelielezing van deze zondag bevat twee berichten die de evangelist Lucas bijeen geplaatst heeft
aan het begin van het verhaal over Jezus’ tocht naar Jeruzalem. Jezus weet dat in Jeruzalem lijden en dood op Hem wachten.
Dat heeft Hij zijn leerlingen eerder al tweemaal duidelijk gemaakt. Daarmee heeft Hij ook hun denken over de Christus,
hun verwachtingen in de Christus verworpen.
Eveneens wees Hij hun denken en hun verwachtingen
met betrekking tot hun leerling en volgeling van de Christus af. Daar hadden we het zondag laatst over. Toch even hernemen:

Jezus is niet een Christus, een Messias, een Gezalfde,
die het koninkrijk van Israël in alle macht en glorie zal herstellen en het zal zuiveren van alle heidenen.
Zijn volgelingen zullen niet delen in macht en glorie.

Lees meer...

Homilie voor de 13de zondag door het jaar C

dirk

26 juni 2022 Evangelie: Lc 9, 51-62

Toen de dagen van zijn verheffing hun vervulling naderden, aanvaardde Jezus vastberaden de reis naar Jeruzalem en zond boden voor zich uit. Deze kwamen op hun tocht in een Samaritaans dorp om er zijn verblijf voor te bereiden. Maar de Samaritanen ontvingen Hem niet, omdat Jeruzalem het doel van zijn reis was. Toen de leerlingen Jakobus en Johannes dit gewaar werden, vroegen ze: “Heer, wilt Gij dat wij vuur van de hemel afroepen om hen te verdelgen?” Maar Hij keerde zich om en wees hen op strenge toon terecht. Daarop vertrokken zij naar een ander dorp. Terwijl zij onderweg waren, zei iemand tot Hem: “Ik zal u volgen, waar Gij ook heen gaat.” Jezus sprak tot hem: “De vossen hebben holen en de vogels hun nesten, maar de Mensenzoon heeft niets waar Hij zijn hoofd op kan laten rusten.” Tot een ander sprak Hij: “Volg Mij.” Deze vroeg: “Heer, laat mij eerst terug gaan om mijn vader te begraven.” Jezus zei tot hem: “Laat de doden hun doden begraven; maar gij, ga heen en verkondig het Rijk Gods.” Weer een ander zeide: “Ik zal U volgen, Heer, maar laat mij eerst afscheid nemen van mijn huisgenoten.” Tot hem sprak Jezus: “Wie de hand aan de ploeg slaat, maar omziet naar wat achter hem ligt, is ongeschikt voor het Rijk Gods.”

Lees meer...